dinsdag 21 november 2006

Naar het AMC in Amsterdam

Je schrik je wild en je staat aan de grond genageld. Je hart staat stil en gelijkertijd voel je het bonzen in je hoofd. Er gaat van alles door je heen. Je wilt weg, naar de jongens. We zullen moeten wachten, de terugvlucht is pas over 13 uur. Toeval dat getal??? Huilen met elkaar, samen met Wiltruda en haar gezin. We slaan ons door de nacht en dag. Tante Christine, ome Jan en Reno, Joost en Annemarie, die spoorslags uit Eindhoven naar Strijen is gekomen, plegen de nodige telefoontjes. Dan een bericht uit Amsterdam, Mark is om half één naar de operatiekamer gegaan. Een operatie aan zijn rug en aan zijn heup zal worden uitgevoerd. Dat klinkt goed. “Eindelijk” doet men wat. Pa en ma vliegen terug. Een reis die zich veel al in stilte voltrekt. Af en toe een woordje naar elkaar. Elkaar hoop vol en bemoedigen toesprekend. Elkaars hand vasthouden en de gedachten laten gaan. Als pa en ma landen in Brussel staan daar Reno en tante Christine hen op te wachten om de reis naar Amsterdam te maken. Onderweg wordt bekend dat de operatie tot in de late avond zal duren. Klap. Dat is toch niet goed, of wel?? We weten het niet. We praten veel in de auto over wat er is gebeurd en voorgevallen. We beseffen en weten dan nog niet dat er spraken is van een dwarslaesie. We houden moed. In Amsterdam treffen we Dennis, Joost en Annemarie. We praten elkaar bij en besluiten dat pa, ma en tante Christine in Amsterdam blijven en de operatie afwachten. De rest gaat naar huis en proberen wat te slapen zodat ze volgende dag fris zijn voor Mark.

Omstreeks half één die nacht hebben we een gesprek met dokter de Vries, arts in opleiding. Hij vertelde ons dat de operatie geslaagd was. Een zucht van opluchting, echter te vroeg. Men noemt het biologisch geslaagd. Dan zegt de arts dat de dwarslaesie…….. Pa en ma horen even niets en herhalen alleen maar Dwarslaesie??????? Ook de arts schrikt. Hij vraagt”:’Wist U dat dan niet. Wist U niet dat hij geopereerd zou worden aan een dwarslaesie. Nee, dat wisten we niet. We slaan dicht en een wereld stort in; die van Mark en het gehele gezin. De arts legt nog wel uit dat er mogelijk lichtpuntjes zijn maar dat we daar nu niet te veel aan moeten denken. Hij kan verder niets vertellen en zal er voor zorgen dat er in de ochtend een gesprek is met de chirurgen. We mogen naar de verkoeverkamer waar mark ligt. We praten kort met hem. We worden verder opgevangen door de verpleging en blijven alle drie de nacht in het ziekenhuis. We krijgen een bed maar slapen lukt niet.

Geen opmerkingen: